Kleur- en geurrijk

Gepubliceerd op 31 mei 2023 om 20:40

Onze dag begon vanmorgen om 07:00. Eerst een lekker ontbijtje op het buffetterras, uiteraard. En om 08:00 liepen we naar buiten, waar onze private Jeep safari zou beginnen. De eerste etappe was 2,5 uur van Galle naar Udawalawe, het nationale park waar we naartoe zouden gaan. Daar stond een Jeep plus chauffeur op ons te wachten. De taxichauffeur vertelde ons onderweg van alles over de gewassen en velden langs de weg; rijstvelden, theevelden, kaneelplanten, fruitbomen enzovoort. Hij was zo enthousiast dat hij soms opeens midden op de snelweg de auto stilzette om ons te wijzen op een bijzondere boom in de berm, of opeens stapvoets ging rijden om ons een mooie wilde pauw te laten zien. Gelukkig was het niet druk op straat 😄 We gingen van de snelweg af en vervolgden de route door kleine stadjes en dorpjes, zoals Embilipatiya en Padalangala. Langs de straat staan allemaal kraampjes met zeven soorten bananen, mango’s en andere soorten fruit die in deze regio veel verbouwd worden. Verder zou je denken dat hier veel getrouwd wordt, want in bijna elk stadje is wel een bridal boutique: Salon Wedding, Royal Queen en dat soort zaakjes. Of winkeltjes als Fashion Today of Girl Things, gevestigd in zeecontainers of in smalle, losstaande bouwwerken van gelig glas en stoffige stenen platen. Voor alles wordt schreeuwerig geadverteerd met verbleekte posters. We zagen een klein naaiatelier waar een vrouw druk bezig was met allerlei kleuren tule, een midwife center waar een handvol vrouwen met baby’s en peuters in de tuin stond te kletsen. Zo is er op elke hoek wel iets te zien. Je hebt hier ook veel zogenaamde vehicle emission testing centers; interessant, gezien de hoeveelheden zwarte rook die hier uit de uitlaten van bussen komt. We reden weer door een bosgebied en opeens zei de chauffeur: ‘Look, bats.’ En inderdaad, in de boom langs de weg hingen tientallen zwarte vleermuizen te slapen. De Jeepchauffeur woonde in een mooi huis middenin de tropische bossen vlakbij Udawalawe. De Jeep stond al klaar en we vertrokken op de heerlijk hoge zitjes richting het park.

We reden naar de ingang van het park, waar een volunteer guide instapte. Daar waren we allebei eerst een beetje achterdochtig over, maar het bleek een hele aardige en oprechte man te zijn die ons een hele fijne ervaring wilde bezorgen. Het Udawalawe National Park staat bekend om de olifanten, en daar hebben we er heel veel van gezien! Soms ver weg, soms in kuddes, soms alleen, spelend in een modderpoel, moeders en kindjes, heel dichtbij en van de achterkant (heel charmant). Echt fantastisch om dit van zo dichtbij mee te maken. Op de uitgestrekte vlaktes met op de achtergrond de bergen als blauwe hoopjes vallen de beesten goed op, maar soms komt er opeens eentje uit de bosjes langs het smalle, oranjerode pad. We zagen hoe ze aten, het gras afscheurend met de slurf. Eentje zagen we badderen in een bruin poeltje water, helemaal gelukkig en water spuitend met zijn slurf en omvallend een grote plons creërend. We zagen tientallen gele vlindertjes om een helderbruin plasje water zwermen. Tussen de dunne grassprieten op de vlaktes aan het water, waarin zo nu en dan het gelaat van een krokodil zichtbaar werd, lag hier en daar een prachtige pauwenveer. Die lopen hier ook overal rond. Op een dikke boomstam vloog een leguaan naar boven. Ergens op een tak zaten twee groene parkietjes, en in de bosjes sprong opeens een jakhals weg. Aan de oevers van de meertjes lagen grote groepen waterbuffalo’s. Hertjes nog mooier dan Bambi sprongen van het pad af de bosjes in zodra ze ons hoorden aankomen, maar we zagen ze naar ons kijken van onder de lage takken. En toen zagen we ook nog een groep parmantige aapjes, piepend en krijsend, gras plukkend dat ze parmantig opaten. Tussen de middag parkeerde onze chauffeur de Jeep onder een prachtige boom met een breed bladerdek, aan de oever van een meertje. Hij dekte een plastic tafeltje met een mooi wit tafellaken en schalen vol rijst, kip, gekruide boontjes en allerlei Sri Lankaanse liflafjes. We wisten dat de lunch bij de tour was inbegrepen maar wat een moeite had hij gedaan! Hij had het allemaal zelf klaargemaakt, deels met producten uit eigen tuin. We hebben gesmuld, en dat aan de oever van een meer in een Sri Lankaans nationaal park vol olifanten, buffalo’s en krokodillen. Ps. De gids heeft ergens twee klavertjesvier voor ons weten te plukken, zo lief!

Gisteravond was ik te moe voor dit stepje, + we hebben lekker film gekeken en gerelaxed. Maar er zijn natuurlijk nog wat leuke verhalen overgebleven, die nog gedeeld moeten worden! Na de tour reden we in de Jeep terug naar het huis met de mooie tuin. Daar werden we eerst nog rondgeleid door de taxichauffeur, die heel enthousiast was over alles wat daar groeide. Bij elke boom en plant wees hij aan wat daarin groeide. Papaya, jackfruit, limoen, citroen, ananas, rode peper, zwarte peper; prachtig om te zien en wat een rijkdom in je tuin (als je alles lust 😄). We mochten ook een limoen proeven, vers van de boom. Zelfs ik heb het gedaan maar ik had na een likje genoeg. Roel durfde het wel en dat vind ik heel knap. Ondertussen rende ergens een dikke leguaan zo lang als mijn arm de bosjes in, zijn lichaam kronkelend in S-vorm bij elke stap. De chauffeur was zo enthousiast dat hij bij een nabijgelegen uit hout opgetrokken fruitkraam langs de straat een grote, gele papaya voor ons kocht, om te eten terug in het hotel. Die was namelijk zeer ‘tehsjty’, ofwel ‘tasty’. Met 2,5 uur waren we weer terug in Galle, in de koelte van onze kamer met airco. Die verlieten we vrijwel meteen om onszelf lekker schoon te spoelen in het chloorwater van het zwembad. De zon stond al achter het hoge hotel, maar de horizon achter de oceaan met de ruwe golven was nog glanzend geel en de palmbladeren wuifden nog langzaam heen en weer in de restanten van gouden licht. Het water was lauw van de zon die er de hele dag op had gestaan, en dat was eigenlijk heel fijn; in zo’n temperatuur ben je op een gegeven moment helemaal gewichtloos en voel je jezelf niet meer; je kunt lekker zweven in het water, terwijl je ligt te kijken naar het tropische, paradijselijke plaatje van palmbomen, strand en zee. We zorgden dat we om 19:00 bij het buffet stonden, daar waren we heel benieuwd naar. Keus was er in elk geval genoeg: van grote eenpansgerechten, schalen vol vis en bakken met gegrilde kip tot kleine bakjes met liflafjes, een uitgebreid dessertbuffet en alle soorten beleg, saus en toevoegingen die je maar kunt bedenken. Halverwege het eten werden we opgeschikt door twee zwerfhonden die het met elkaar aan de stok kregen onder het tafeltje van twee van het buffet genietende Russische dames. Verschrikt sprongen zij op terwijl de hard blaffende en grommende honden elkaar de tent uitvochten. Het bedienend personeel joeg de beesten weg; één van de jongens produceerde een indrukwekkende Jackie Chan-achtige trap, maar het effect bleef uit want hij raakte niets. De rest van de avond hebben wij dus lekker rustig aan gedaan op de kamer, bijkomend van deze dag met vele indrukken. Roel spuugde vanavond bij het tandenpoetsen nog wel twee kleine beestjes uit (🫠), misschien toch overblijfselen van die lekkere rijsttafel in de jungle?

 

17-05-2023

Uitgeslapen, een groots en luxe ontbijt (geen foto’s, het was snel op), de hele ochtend en halve middag bij en in het zwembad onder de palmbomen, middagdutjes in strandstoelen waarvan je beroerd en heet wakker wordt, afkoelen in de airco op de kamer en film kijken terwijl je room service bestelt, te consumeren op je bed tijdens de film. Schandalig hard chillen en genieten!

Na onze relaxte middag togen we per tuktuk naar het centrum van Galle. Bij een vooraf gegooglede winkel kochten we nog een paar souvenirs. Het was er binnen zo heet dat de 32 graden tropische warmte buiten ineens lekker koel aanvoelde. We slenterden door de gezellig drukke straatjes, waar je op elke hoek en in bijna elk pand met tegelvloer en glazen deuren plastic tafelgerei, slippers, stoffige elektronica en telefoonhoesjes kunt kopen. Bussen, scooters en tuktuks tuffen er door elkaar heen huns weegs, aan elke kant van de straat dan ook. Op een kruispunt staat opeens een enorm boeddhabeeld naast een evenzo opzichtige tempel. Je kunt uren langs de schreeuwerige etalages wandelen en nog steeds nieuwe dingen zien. Azië smaakt mij echt naar meer! Via een gezellig marktstraatje belandden we weer in het verhitte verkeer op de hoofdweg. Na een korte afslag richting het Dharmapala Park namen we een vluchtig kijkje bij de Sri Meenachitempel, al net zo’n indrukwekkend bouwwerk als de andere tempels die je hier ziet. Via een zijstraat genaamd Jail Road en een steil asfaltpaadje symmetrisch omgeven door palmbomen wierpen we nog een blik op de prachtige St. Mary’s Cathedral. Ergens in de bosjes stond een grote grijze kei met het opschrift ‘My soul glorifies the Lord.’ En zo is het: Zijn Naam wordt geprezen, overal op aarde! Het rook in deze religieuze omgeving voor de verandering eens niet naar wierook. Niet omdat het geen boeddhistische of hindoeïstische tempel was, maar omdat een vrouwtje met pyromanie-neigingen langs de weg oude papieren op een hoopje stond te verbranden. De zon ging snel onder terwijl we in een tuktuk terugreden; de hele wereld kleurde roze. Langs de straat stapten drie mooie koeien parmantig voort. Vrolijke jongetjes speelden badminton met elkaar op een kaal grasveldje naast hun huisje. Terug in het hotel zoefden we snel naar de rooftop, waar we onder het genot van een milkshake en een biertje de wereld donker zagen worden. Het strand in het laatste licht, de witte schuimkoppen op de golven die tegen de rotsen aan beuken, de schaduwen van de palmbomen op het fijne zand; het leven gaat niet over rozen maar ik geloof wel dat er altijd iets zal zijn om mooi te vinden of verwonderd over te zijn. Er stond net een tweemans live band klaar om te spelen. Roel mocht een verzoeknummer indienen en koos No Woman No Cry (niets persoonlijks, werd mij verzekerd;). Muziek is altijd genieten, zeker dit soort goede muziek. Er komen bij het zwembad namelijk ook veel bizarre remixes voorbij. En bij het eerste ‘bing bang bong’ zomernummertje staan er Engelse vrouwen met kortpittige kapsels mee te dansen. Nee, dan hebben we toch liever een Bob Marley’tje en bijbehorende warme klanken op een dakterras. We hadden allebei weinig trek en lieten daarom een klein patatje en wat naanbrood bezorgen op de kamer. Fail-filmpje erbij en chillmodus aan!

 

18-05-2023

Vanmorgen weer vorstelijk ontbeten - de pancakes met Sri Lankaanse maple syrup zijn echt een winner 😍 - en daarna een taxi geboekt richting het Handunugoda Tea Estate. Sri Lanka staat bekend om olifanten maar ook om thee; vooral op plekken als Ella en Nuwara Eliya vind je de prachtige, glooiende groene theevelden waar allerlei soorten thee worden geplukt en verwerkt. Maar ik had wat verder doorgezocht en hier in de buurt ook zo’n plantage gevonden, en we kunnen hier natuurlijk niet weg zonder een bezoek te hebben gebracht aan een theeplantage! Onderweg was er weer van alles te zien. Kleurige boeddhabeelden, groot en klein, langs de weg, een man in een sarong die op het dak de waslijn nakeek, een markt vol loeiverse vis langs de kade, Tanty’s Hotel School, magere kalfjes die langs de kant van de weg in het evenzo magere gras graasden, winkeltjes tot de nok toe gevuld met in plastic verpakte megapacks schuursponsjes, enorme trossen bananen in de groentekraam daarnaast. Na een paar kilometer snelweg reden we een heuvelachtig dorpsgebied in. Bladeren van bananenbomen hangen overal over de stenen muurtjes en poorten naar de huizen toe. Over de kronkelende weg lopen groepen vrouwen onder paraplu’s. Opeens zien we links een modderig rijstveld, omringd door bananen- en andere fruitbomen. Er groeit hier echt ontzettend veel. We kwamen aan bij het Handunugoda Tea Estate, een grote theeplantage met een klein museum in een knalgeel huisje, een theefabriek en heel veel velden, paden en bossen. In de shop werden we hartelijk ontvangen en in een uur werden we privé rondgeleid over het terrein. Overal waar je komt, ruik je de zoete, bittere en onbestemde maar toch herkenbare geuren van thee: in de bladeren voor de zwarte thee, de stammen van kaneelbomen en de eindeloze bosjes witte thee. Dikke vanillebladeren hangen als slingers over sommige van de velden. Onze gids wees ons de rozen en hibiscus aan, waarvan ook thee gemaakt wordt. Deze plek is het Grasse van de theewereld; waar je daar omringd wordt door de heerlijkste geuren van elk mogelijk parfum, bevind je je hier op een wolk van geuren die de natuur zelf uitstoot. In de vochtige warmte blijven ze extra dik en lang hangen, alsof ze erdoor gevoed en versterkt worden. Bij een klein theehuisje bovenop de heuvels kregen we een kopje oolongthee. Ik hou niet zo van thee maar waagde me toch aan een paar slokjes van het bittere goedje. We liepen weer verder en werden gewezen op de grote bossen witte thee. De beroemde virgin white tea wordt gemaakt zonder handen, ‘untouched by humans’: plukkers knippen de blaadjes af met schaartjes. Dit is een oude Chinese wijsheid: door het niet aan te raken, onderscheidt het zich van andere witte thee, namelijk de geur van zweet van een mensenhand. In de theefabriek zagen we de droogmachines, de zeven en de machines die de verpulverde stukjes blad op grootte sorteren, en daarbij de onbruikbare stukjes eruit halen. Heel interessant om te zien; wat een werk gaat erin zitten. In de shop/museum mochten we toen nog meer thee proeven. Gewapend met een lepel en shotglaasje mochten we schepjes nemen uit de met thee gevulde wijnglazen en koppen. Groene thee, witte thee, zwarte thee, vanillethee, muntthee, suïcide tea (het kan allemaal). En al deze ervaringen voor slechts $2. En toen weer terug naar het hotel; we keken uit naar de airco en het zwembad na dit tropische uurtje. Het loont zich om hier zelf ook je navigatie aan te zetten en mee te kijken, want de taxichauffeurs rijden regelmatig verkeerd (ondanks dat ze zelf ook Maps gebruiken; misschien raken ze afgeleid door de telefoongesprekken die ze - niet handsfree - voeren 😄).

Wij hebben heel gierig en oer-Nederlands alle hotelmini’s opgespaard en ingepakt 😄 Onze kamer is wel drie keer op aanvraag schoongemaakt deze week, want elke keer leggen ze weer nieuwe neer. Maar vlak voor zonsondergang besloten we nog even naar het strand te lopen voor een paar fotootjes. Het was een succes! Meer bezoekers hadden dit idee, maar we vonden toch nog een stukje leeg strand (op wat plastic flessen en aangespoelde tandenborstels na). Het strand was overigens niet zo populair als de platte rotsen; die werden veelal gebruikt door jongedames in weinig kleding die er met zwoele blikken en in suggestieve poses op poseerden. Het voelt alsof je op het randje van de wereld staat wanneer je de zon letterlijk onder het water ziet zakken. De lucht kleurt roze voor ze donker wordt en in dat korte tijdsbestek heeft alles een zorgeloos filter. Dan telt alleen nog het wegzakkende gevoel van je voeten in het vochtige zand, het geruis van de palmbomen en het geluid van de aanspoelende en wegtrekkende golven, de onrustige branding. We hebben weer genoten van het dinerbuffet en zijn daarna lekker gaan relaxen op onze kamer. En ondanks dat ik het niet leuk vind alweer bijna te moeten gaan, ben ik begonnen met inpakken want dat vind ik wel leuk!

 

19-05-2023

Na een uitgebreid ontbijtbuffet tijdens een tropische regenbui, het inpakken van de laatste spullen en het uitchecken wachtte ons een taxirit van twee uur terug naar het noorden. Weg uit het hete en vochtige maar mooie en gezellige Galle. De reis vloog voorbij want ik sliep bijna de hele tijd. Halverwege de middag arriveerden we in ons hotel voor komende nacht, het Amagi Aria in Negombo. Een mooi hotel aan het water, met een fijne sfeer en behulpzame en aardige staf. En visjes langs de wandelpaden!

We hadden nog niet geluncht, dus we streken hangry neer bij The Grand Gastrobar: ongetwijfeld het meest westerse tentje in deze stad. De sandwiches en toast met kip, ei en bacon gingen er prima in. We liepen een rondje door het centrum van Negombo en zagen weer van alles voorbijkomen. Een religious article shop, een prachtige katholieke kerk, een hondje dat geïntrigeerd voor een etalage vol kleurrijke jurken stond, winkels vol pannen en potten. Ergens op een grasveldje speelde een groepje kinderen voetbal, temidden van grazende koeien. Vandaag zagen we een bijzonder beeld bij een kerk die we bezochten. Een beeld van een zittende Jezus op een bankje. Zo simpel en toch zo indrukwekkend en dichtbij gebracht: Jezus als heilige Vriend, Die altijd tijd heeft voor jou en er altijd voor jou wil zijn. Hij heeft je immers gered door voor je te sterven. en Hij wil naast je zitten, naast je wandelen, in al Zijn heiligheid. En bij deze God, deze Redder, mogen wij straks Thuiskomen. Ik wil er veel meer naar verlangen dan ik nu doe. Hij bereidt min kamer voor met zoveel liefde. Ik kan alleen maar dankbaar zin. Verder zagen we nog twee hele kleine, schattige en fotogenieke kittens nabij het strand van Negombo, waar onze walkaround eindigde. We gingen terug naar het hotel voor een duik in het zwembad en aten later op de avond opnieuw bij The Grand Gastrobar. Pork chops, een burger met friet, een milkshake, een juice, 2x melk en een wafel; alles bij elkaar voor €19,81. Dan heb je wel waar voor je geld 😄 Zo was de avond snel gevuld: eten, praten over de toekomst, filosofische vraagstukken en bespreken wat we komende week aan boodschappen in huis gaan halen ;) En nu gaan we lekker slapen in een heerlijk koele kamer, terwijl buiten de palmbomen als nachtelijke parasolletjes boven ons dak zweven.

 

20-05-2023

Het was een vreemde nacht. Roel heeft halverwege de nacht gecheckt wat de status van ons vliegtuig was en voerde per ongeluk het verkeerde nummer in, waardoor hij haast een hartverlamming kreeg toen hij zag dat de vlucht om 04:30 zou vertrekken. Ik droomde dat we niet naar Qatar, maar naar Dordrecht vlogen. Om 05:30 tsjirpten de vogels buiten zo hard en intens dat ik wakker schrok van een zwaar ademende zogenaamde indringer naast het bed. Slaapdronken heb ik ook nog een keer gecheckt of Roel nog ademde, omdat ik plotseling bang was dat dat niet meer het geval was. Ik was blij dat we om 06:45 konden opstaan 😄 Per tuktuk reisden we in een verrassend fijne ochtendkoelte naar het vliegveld. Onze laatste blikken op het Sri Lanka dat we hebben leren kennen. Bij binnenkomst is er een oppervlakkige security check en dan nogmaals voorafgaand aan de incheckbalies. Bij die tweede is er een aparte rij voor foreigners en dat heeft ons zeer veel tijd gescheeld; tip dus! (Overigens probeert zelfs daar bepaald volk binnen te dringen en bagage op de band te gooien nét voor jou aan. Roel was daar niet van gediend en heeft iemands tas een flinke oplawaai gegeven met zijn eigen koffer; de tas werd letterlijk op de band geslingerd en Roels koffer raakte hem zoals een honkbalknuppel een bal raakt). Bij de eerste security check was het trouwens ook raak. Ik stond te wachten voor het vrouwenpoortje terwijl links van mij een groepje mensen nog bezig was met koffers op de band leggen. Op het moment dat ik mag lopen, schuift een meisje van mijn leeftijd zich brutaal voor mij. Ik zeg niet snel ergens iets van maar dit werd zelfs mij te gortig. Dus ik zei, enigszins gepikeerd: ‘Excuse me but there’s a line here.’ Volgens mij was ze echt even verbaasd; zo’n timide toeristenmeisje spreekt haar zomaar aan. Maar toen zei ze even brutaal terug: ‘I know, and I was here first.’ Ik kon hartelijk lachen om die absurditeit en liep lekker voor haar aan door het poortje. 😄 Het inchecken ging prima en sneller dan verwacht. Er volgde geen extra security check; fijn natuurlijk, maar als ik mag kiezen tussen twee keer oppervlakkig en één keer goed, zou ik liever dat laatste hebben. We zitten nu lekker in de lounge met een fijn bordje eten 😋 Laatste absurdistische verhaaltje: we kwamen hier binnen en Roel liet zijn priority pass scannen (onze toegang tot de lounges). Het vrouwtje achter de balie bleef proberen, maar kreeg het ogenschijnlijk niet voor elkaar. ‘Your card not working,’ zei ze, terwijl ze het schermpje liet zien. Daar stond een systeemfoutmelding op, dus Roel zei: ‘No, the machine is not working. Look, it’s the system.’ Maar nee, nee, nee, het was echt de kaart. Roel haalde de priority app tevoorschijn om te laten zien dat de kaart echt prima was. Ze scande de QR-code van de kaart nogmaals en prompt werkte het. Ik zeg verder niets 😄 Verder hebben we het hartstikke leuk hoor, maar we verbazen ons soms gewoon over hoe dingen hier gaan. Het plezier overheerst, ook in dit soort situaties, want om sommige dingen kun je alleen maar lachen!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.