In (cultuur)shock

Gepubliceerd op 2 juni 2023 om 11:22

Gisteren, 5 mei 2023, was de mooiste dag van ons leven. We zeiden ja tegen elkaar op een droomlocatie, met de liefste mensen om ons heen. Een dag met wel 3 gouden randjes! Vanmorgen hebben we alle cadeaus uitgepakt en kaartjes gelezen, terwijl onze beide ouders en enkele broers en zussen de locatie weer ontdeden van alle decoratie. Wat heerlijk om zo na te kunnen genieten van alle liefde, tijd en aandacht aan ons gegeven door anderen!
We hebben alles naar huis in Mechelen gebracht, en reden toen door naar Zaventem. Want vandaag vertrekken we voor twee weken op huwelijksreis en daar hebben we echt intens veel zin in! Na maanden en vooral de laatste weken vol drukte zijn we toe aan een andere omgeving en even helemaal samen. Er is een uitgebreid assortiment aan eten in de lounge, het smaakt ons best!

Moe maar voldaan bevinden we ons na een kort vluchtje op een klein slaapkamertje in een woonhuis. Deze familie verhuurt de kamer op Airbnb. Het gehalte ‘live laugh love’ is vrij hoog in dit huis; zelfs de kleedjes en kraantjes en zeeppompjes kwalificeren als zoetsappig kitsch. En volgens de zwarte zwierige letters is de toiletbril ‘the best seat in the house’.
Vooralsnog zijn we hier wel alleen, want de familie is ergens naartoe. We gaan nu lekker slapen want morgen lopen we alweer vroeg door de straten van Hounslow.

 

07-05-2023
Het tweepersoonsbed verdiende de naam niet echt, dus om 5:00 vanochtend lag ik de minuten al weg te kijken tot 6:45. Ik doodde de tijd met het terugkijken van de foto’s van vrijdag en het teruglezen van alle lieve appjes en felicitaties. Dat is geen straf! We zijn nog steeds overweldigend door alles wat we gekregen hebben aan reacties, medeleven, kaartjes en cadeautjes.
Maar het was dus vroeg dag en we legden een klein bodempje met wat croissants die we de avond daarvoor per vier bij de Sainsbury uit het clearance rek hadden gehaald. Van £2,45 naar 59p; dit is sowieso een handige tip voor budget travel. Veel van de vondsten in dit rek zijn nog prima en je kunt er zo even een avond en ochtend mee vooruit.
We stonden op het punt om weer een single ticket te kopen voor de Underground (dat heeft ons gisteren £6,70 per persoon gekost, voor tien minuten reizen), toen er net een mevrouw naar ons toekwam die uitlegde dat je tegenwoordig ook kon in- en uitchecken met je bankpas. Bovendien was er een ander tarief geldig vanaf hier naar Heathrow (en andersom): slechts £1,90. Tip nummer 2: check altijd de uitgebreide borden met tarieven en andere info. Er zijn soms meer opties mogelijk dan een ticketmachine je laat zien.
Op Heathrow hebben we echt hemels ontbeten: scrambled eggs, aardappelkroketjes, spek en een zacht broodje. Deze maaltijd in combinatie met de rustige lounge was perfect na deze relatief zware nacht. Het smaakte ons dan ook best ;)
Ruim op tijd stonden we klaar bij gate C52 om aan boord van het vliegtuig te gaan dat ons op de oostelijkste plek zou gaan brengen waar we tot nu toe zijn geweest. Nieuwe avonturen!
We zaten met z’n tweetjes op een rij, met een plekje bij het raam. Boven Europa was er weinig te zien, maar boven Turkmenistan en Oezbekistan loste het wolkendek langzaam op en kwamen de woestijn, de bergen en de algeheel droogbruine vlakten tevoorschijn. Deze warme wereld onderscheidde zichzelf van de hemel door een rozerode horizon. Achter ons ging de zon namelijk onder; het licht veranderde van okergeel in waterig wit, totdat opeens de warmte verdwenen was en de droge aarde zich in het donker van de avond hulde.
Toen landden we in New Delhi; een nieuw continent, een nieuw land, een nieuwe stad. Overweldigend!
We waren vooraf gewaarschuwd dat veel taxichauffeurs je proberen op te lichten met de smoes dat je hotel gesloten is en dat ze je een andere kunnen aanraden. Geheel volgens deze ongeschreven regel reed onze chauffeur ons naar een doods en vies straatje waar alles dicht was en zei: bel je hotel maar eens, want dit ziet er dicht uit. Hij typte het nummer op zijn telefoon (dachten wij) en gaf deze aan ons, maar Roels scherpe oog merkte op dat hij gewoon een vriend aan de lijn had die deed alsof hij van de receptie was. Gelukkig treedt Roel in zo’n geval streng maar vastberaden op ;) en zo kwamen we alsnog, dankzij eigen navigatie, aan bij het hotel waar we moesten zijn. In het donker ziet het er allemaal niet florissant uit, maar we moeten het eerst maar eens in het licht zien! En er kan altijd nog worden uitgeweken naar een hotel in een andere buurt, en dan bij voorkeur eentje die iets schoner is en waar de knoppen van het toilet niet ontbreken 😄

 

08-05-2023
We sliepen vanmorgen uit tot 12:30(!). Had natuurlijk ook een beetje te maken met het tijdsverschil van 3,5 uur. Maar het was sowieso wel prima, want we konden de slaap goed gebruiken en waren lichtelijk gespannen voor deze dag na de ervaringen van gister. We hadden al een nieuw hotel geboekt voor de komende nacht, want we wilden hier niet blijven. Zo sjouwden we met onze koffers door de stoffige en stikhete stegen van New Delhi, waar de elektriciteitsdraden zo in elkaar verweven zijn dat het wel de voorgevels lijken.
Twee straten verder stonden we middenin de drukte van tuktuks, scooters en fietskoeriers. De reuring was net zo stoffig en kleurrijk als de straten en haar winkels, hotels en rooftop restaurants. We waren in Paharganj, een wijkje dat bekendstaat om het rommelige, drukke maar ook wel gezellige straatbeeld.
Bij een rooftop bistro met rode plastic stoelen (en dito uitstraling in general) genoten we van een Amerikaans ontbijt en heerlijke stukken naanbrood met knoflook, terwijl we uitkeken op het drukke kruispunt waar tuktuks, koeien met karren en meer volk elkaar al claxonnerend passeerde. De enigen die rustig bleven, waren de koeien. Zelfs aan de zachte zweepslagen hadden ze geen boodschap.
Vanaf hier liepen we door de hitte naar The Park Hotel, wat centraler gelegen en ook wat luxer. Niets buitensporigs, gewoon een toilet met vaste bril en een schone vloer. Maar ook met een zwembad en daar hebben we al heerlijk gebruik van gemaakt. Tijdens de heetste uren van de dag hebben we heerlijk op een strandbedje gelegen.
Tegen het einde van de middag namen we een tjokvolle metro richting het noorden van de stad. Op de stations heb je hier beveiligingspoortjes en dat is best een fijn idee, gezien de hoeveelheid mensen die hier rondloopt. Op elkaar gepropt zaten we drie haltes uit, we waren blij dat we konden uitstappen!
In Chandni Chowk, een deel van de stad dat veel markten herbergt, vonden we een verborgen restaurantje waar we Paneer Butter Masala en naanbrood aten. Ook dronken we twee liter water weg, want het eten was heerlijk maar zeer pittig!
We namen de tuktuk naar Jama Masjid. Wat een ervaring! Je weet niet wat je overkomt. Dat dit dezelfde aarde is als waarop wij onze Nederlandse huizen hebben gebouwd, is niet te geloven. De drukte, de kleuren, maar ook de duizend tinten grauwheid en de armoede. Mensen liggen op straat te slapen, trekken je aan je arm met de vraag om geld, zien er zo moe en ongewild onverzorgd uit.
Het is een wonder dat we nog geen ongelukken hebben gezien. Fietsers, tuktuks en scooters rijden rakelings langs elkaar, zigzaggend, zonder enig besef van banenscheiding. Scooters met vader, moeder en peuterzoon staand in het midden zijn geen uitzondering.
Het was genoeg voor vandaag. Met de metro, nu gelukkig een stuk rustiger, reden we terug naar het hotel, en we zijn blij dat we daar nu lekker kunnen uitrusten.

 

09-05-2023
We begonnen de ochtend in de lichte en ruim opgezette eetzaal met een mega ontbijtbuffet. De schalen waren opgezet boven zacht kabbelende waterbronnen en in hoge, glazen potten zaten macarons en andere kleurrijke zoetigheid. Er was de wereld aan keus en ons bord kwam dan ook vol te liggen met verscheidene lekkernijen. De pancakes met verse scrambled eggs en een Indiaas gerecht waarvan ik de naam niet weten waren favoriet. Er was ook een meneer die slechts één taak had: vliegen vangen met zijn elektrische vliegenmepper in en nabij de eetruimte. De zachte muziek en het geluid van borden en bestek werd af en toe aangevuld met de korte tik die dood van een insect bekendmaakte.
We begaven ons weer op de hete, stoffige straten van New Delhi, waar we met gevaar voor eigen leven straten overstaken waar men op drie banen tien breed reed. Op Connaught Place, een soort rotonde met in het binnenste een groot park en daarna vier ringen breed aan wegen, voetpaden en witte winkelpanden, zochten we verkoeling in een H&M, een soort souvenirwinkel waar niets te halen was, en een winkel met Ray Ban-zonnebrillen die zeer zacht geprijsd waren. En onderweg werden we honderd keer aangesproken door tour guides, tuktuk-chauffeurs wiens logische antwoord op ons no thank you ‘where you want to go?’ was, schoenenpoetsers die eerst onze schoenen complimenteerden en daarna aanboden ze weer wit te maken - een hopeloze effort met al dat stof. Ook vandaag hebben we geen enkele andere toerist gezien. Deze stad is immens groot: in de hele agglomeratie wonen bijna 33 miljoen mensen, twee keer zoveel als in heel Nederland.

Roel had bij de receptie om een late checkout gevraagd en dit voor elkaar gekregen (we zijn immers newlyweds ;) En dus gingen we nog een heerlijke anderhalf uur in en bij het zwembad liggen. Wat een luxe, het hele bad voor onszelf. De 40 graden werden zo een comfortabele warmte, drijvend in het heerlijk verkoelende water. We hadden er wel de hele middag willen blijven. Maar er stonden echt nog wat dingen op de planning vandaag, zoals onze treinreis naar Jaipur.
Die trein vertrok pas om 17:35, dus we hadden nog tijd voor een korte bezienswaardigheid. Met een tuktuk werden we naar de beroemde Laxminarayan-tempel vervoerd, een enorme Hindutempel in een ongelooflijke bouwstijl. Duizenden torentjes in dieprood en felgeel, en dat is wat je van de buitenkant ziet. We mochten binnen helaas geen foto’s maken, dus ik probeer dit buitengewone stukje wereld te beschrijven op basis van wat er is blijven hangen op mijn netvlies. Eerst moesten onze schoenen uit, dus we liepen op blote voeten de witmarmeren trap op. Zo kwamen we op een groot, eveneens witmarmeren plateau; voor ons de grootste tempel, rechts daarvan een wirwar aan andere torens, pilaren, marmeren muren en meer.
De grote tempel was van binnen net zo overweldigend gedetailleerd gedecoreerd als de buitenkant van het complex. Er waren verschillende zijingangen en zij waren in de hoeken allemaal versierd met streng kijkende dierenkoppen; dit heeft vast een naam, maar ik ben niet erg bekend met deze religie. Indrukwekkend is het wel, ook als je er niets van weet. Binnen werden juist offers gebracht, te ruiken aan de geuren van wierook en andere kruiden. Meerdere traditioneel geklede mensen liepen rond met rode plastic bakjes vol bloemen en kruiden.
In de zijmuren van het buitenplateau staan kunstig uitgehouwen illustraties van goden en dieren, ingekleurd met felle basiskleuren. Als je daar loopt, op je blote voeten op zo’n rustige, maar kleurrijke plek middenin een mega wereldstad, heb je het gevoel dat je leeft. Zonder schoenen kom je niet ver; je bent echt even op dit kleine, maar zoveel omvattende stukje aarde aangewezen. Overigens gingen Roel en ik apart naar binnen, want we moesten de camera en telefoons in een kluis achterlaten en dat vonden we niet zo’n fijn idee, gezien de geringe beveiliging.
Dezelfde tuktuk-chauffeur bracht ons terug naar het hotel, wederom proberend ons allerlei extra uitjes aan te smeren. Dat vind ik wel lastig; ik probeer altijd van het beste uit te gaan in iemand en dat durf ik hier niet te doen. Iedereen wil iets van je en vriendelijkheid is nooit gratis. We zijn daarom heel voorzichtig, wat nodig is, maar soms wel jammer omdat je bepaalde connecties mist. We reden over straat en passeerden een klein wit busje met allemaal schoolmeisjes. Ze begonnen vrolijk en hard te roepen en zwaaien; Europeanen zijn hier, voor zover wij gezien hebben, schaars. Maar ik vond dat zo leuk en het enthousiasme was duidelijk oprecht. Ik zwaaide terug en het gezelschap juichte en lachte; het leek wel feest.
Terug in het hotel pakten we onze koffers en vroegen om een taxi. Van tevoren hadden we uitgerekend wat dat ongeveer moest kosten. Scam nummer zoveel: de chauffeur vroeg drie keer dat bedrag. Dat gingen we niet doen, dus hij maakte aanstalten om weer in te stappen. Prima, dachten wij, voor jou tien anderen. Maar de portier van het hotel wist er wat af te praten en zo zaten we even later toch in de taxi naar het treinstation. Onderweg was er weer van alles te zien: drukke tankstations met speciale rijen voor tweewielers, kleurrijke kleding aan waslijnen, scholen die net uitgingen, de gevaarlijkste verkeerssituaties die je je kunt voorstellen en nog veel meer. Er was geen airco, maar met de ramen open zorgde de hete lucht die wel uit de oven leek te komen toch voor een vreemde soort verkoeling. Als die warmte door je haren blaast, voel het alsof je zweeft en even loskomt van de door en door warme autobank.
Toen we aankwamen op Delhi Sarai Rohilla Train Station, voelde zelfs ik me even niet op m’n gemak. Ik was me opeens erg bewust van hoe westers ik eruit zag en hoe erg dat bekeken werd door de mensen die op de grond zaten en lagen in de buurt van de ingang. Het geluid van de rollende koffers - die ook verder niemand bij zich had - droeg daar zeker aan bij. Maar in de stationshal zagen we op de borden vrijwel meteen onze trein staan, en een vraag aan een vriendelijke medewerker verder wisten we hoe we op spoor 3 moesten komen.
We streken neer op een roodgelakt bankje, door en door warm en snakkend naar een slokje water. Maar de fles die Roel net had gekocht bij een stationskraam, bleek geen seal meer te hebben; scam nummer 5 van 5, een fles met kraanwater. Dat moet je hier zeker niet drinken. Het werd dus wachten op het vertrek van de trein, want Roel had ook al uitgevonden dat je onderweg eten en drinken kon bestellen via een app.
Onze plekjes in deze dubbeldekker waren boven, bij een raam en bij het gangpad, gezellig naast elkaar. Gelijk de eerste paar kilometers werden we al met onze neus op de armoede van dit land gedrukt: enorme sloppenwijken langs het spoor. Kinderen spelen op de bielzen, moeders en honden zoeken op de vuilnisbelt naar bruikbare spullen; sommigen wonen nog in een maaksel van bakstenen, zij het scheef; anderen moeten het doen met smalle houten planken, spaanplaten, golfplaten of zelfs alleen plastic. Het is bizar, ik weet haast niet hoe ik het moet beschrijven. Kleding hangt aan waslijnen op misschien twintig centimeter van het spoor, een afscheiding ontbreekt in het geheel. Her en der staat een koe te grazen in een hoop afval, of aangelijnd met een stroef touw naast een hut van stro. Wat verder uit stad zagen we zelfs een enorm varken langs de kant van de weg. En natuurlijk overal zwerfhondjes, ontelbaar veel.
De stad maakte langzaam plaats voor de kleinere dorpen, met smalle stoffige doorkijken, tempeltorentjes en koeien op de witzanderige straat. Weer iets verder veranderde het landschap in weilanden, lichtgroen en weids. Een meisje met een feloranje omslagdoek liep door de geelgroene gewassen en even verderop speelden twee jongens een kaartspel op een zandpad, naast hun geparkeerde scooter.
Zo vlogen de uren voorbij. Het werd donker en we aten verder van onze Indiase snack, een soort pittige pannenkoek.

Om 22:00 reed onze trein het station van Jaipur binnen. Na de zeer koele airco was de zachte 30 graden eigenlijk best lekker.
We hadden nog geen vijf stappen gezet of hadden al een local achter ons aan die ons wilde ‘helpen’. Na een herhaaldelijk ‘nee’ - wat ze hier niet echt lijken te begrijpen - bleef hij achter ons aanlopen. Tot op de parkeerplaats bleef hij het proberen. ‘Where you from? What is your name? Where you want to go? I show you the way. It is not safe alone.’ (Nou, met jou niet veiliger, denk ik dan.) En dit gaat echt door tot in het oneindige. De tweede had ons ook alweer te pakken en liet niet los; zoals een hond een gevonden bot niet opgeeft, zeg maar.
Ik liep stug door terwijl Roel probeerde er een eind aan te breien. Er was ondertussen een derde persoon op ons afgestapt en ik was er echt zo ontzettend klaar mee. Hetzelfde vragenvuur; vriendelijk doen, vertrouwen winnen, en daarna ben je de sjaak. Maar dit keer was het toch anders; Roel had opeens een lage prijs afgesproken voor de tuktuk-rit naar het hotel en riep mij terug (jullie kennen mijn looptempo). Als Roel iets vertrouwt, geloof ik er ook in. We volgden Rafik, zoals hij zich aan ons voorstelde, naar zijn voertuig. Dubbelcheckten nog een paar keer de prijs en onze bestemming, en daar gingen we, de groengele massa in.
Al snel schaamde ik me over mijn eerdere gedachten over Rafik. Hij is een eerlijke, oprechte en vriendelijke local die hart heeft voor het toeristenvak. We raakten aan de praat (voor zover dat kan in de massa van claxons) en hij liet ons zijn passagierslogboek zien. Hij laat zich regelmatig een hele dag inhuren door toeristen, brengt ze naar hun gewenste attracties, wacht daar op ze en brengt ze weer naar de volgende, enzovoort. Hiervoor geldt geen vast bedrag, met een review of aanbeveling is hij al heel blij. Hij vroeg ons of wij de Nederlandse en Duitse reviews misschien voor hem konden vertalen, want zelf kon hij dat niet lezen. Talloze lovende verhalen en reacties kwamen voorbij. Dit kun je niet faken. Het was zo leuk om te zien! Russische, Spaanse, Japanse, Amerikaanse toeristen; echt alles kwam voorbij. De rit van tien minuten naar het Radisson vloog voorbij. Daar aangekomen besloten we hem voor morgen in te huren als chauffeur; zo’n fijn en oprecht persoon laten we niet graag gaan.
En nu zijn we in onze heerlijke hotel, waar Roel nog een upgrade heeft geregeld (deze man kan alles). We slapen in een business kamer op de hoogste verdieping, en er stond een leuke verrassing op tafel ☺️
Een warm welkom in Jaipur!

 

10-05-2023
Wat een prachtig uitzicht om mee wakker te worden. Miljoenenstad Jaipur, al voelt het als een dorpje vergeleken met Delhi.
We genoten van een uitgebreid en vers ontbijtbuffet, terwijl er een man op een fluit speelde en al lopend daarmee de gasten vermaakte. Het was erg gezellig en de pancakes en verse scrambled eggs waren de perfecte start van de dag.
We liepen het hotel uit, want buiten stond Rafik Ali op ons te wachten. Bij het naar buiten gaan werden we vriendelijk begroet met ‘namaste’ door een grote, traditioneel geklede portier met een grote tulband. En op de parkeerplaats stond Rafik keurig op ons te wachten met zijn tuktuk.
In Jaipur is het druk maar niet ongezellig druk. In de tuktuk reden we door het ongeorganiseerde verkeer, langs de talloze rozerode geveltjes, torentjes en poortjes, terwijl de scooters, tuktuks en andere 2- 3- of 4-wielers om ons heen zwermden.
Na een korte stop bij de Raj Mandir Cinema werden we naar het Albert Hall Museum gebracht. Rafik maakte een foto van ons voor dit immense en majestueuze gebouw. Je weet niet waar je moet kijken; over elk detail lijkt nagedacht te zijn. En dat was alleen de buitenkant nog maar. Binnen, in de brede hallen en smalle gangetjes en hoge kamers en luxe galerijen, werden beeldjes, borden, meer servies, wapens en kleding tentoongesteld in grote vitrines met houten randen. Hier zie je pas echt in wat voor een totaal andere cultuur je beland bent; een ander deel van de wereldgeschiedenis gaat ineens voor je leven.
We waren dan wel in een museum, maar al snel bleek dat wij ook een attractie waren. Het begon met een jong stelletje dat ons ongegeneerd zat te observeren. Een beetje verlegen kwam de jongen naar Roel toe en maakte met handen en voeten duidelijk dat hij graag een foto wilde. Ik dacht dat hij bedoelde te vragen of wij een foto van hen wilden maken, maar het was toch echt de bedoeling dat wij gingen poseren. Er werden wat foto’s en selfies gemaakt, en we gingen weer door. Maar eenmaal op de bovenste verdieping sprak een jong gezinnetje ons aan; het jonge zoontje werd voor ons gepositioneerd en er werden opnieuw foto’s gemaakt. Weer wat verderop stond een groepje meisjes in schooluniform verlegen naar ons te lachen en met elkaar te smoezen. Ook zij wilden graag een foto. Ik vond het zo bijzonder om te zien; wij bevinden ons in een cultuurschok, maar voor de mensen hier zijn wij niet minder interessant dan zij voor ons.
Bij de uitgang kwamen we een grote groep jongens van een jaar of twintig tegen. Er werd een gesprek gevoerd over onze namen, ons land, of ik Roels vriendin of vrouw was. Roel antwoordde zéér trots: ‘She’s my wife.’ ‘Ahhh, wife is good life!’ klonk het meteen. 😄 Ook hier weer verschillende foto’s gemaakt en toen was het echt tijd om Rafik weer op te zoeken. We hadden moeite om weg te komen!

En toen de hotspot van Jaipur: Hawa Mahel. Een schitterend paleis middenin de stad, gemaakt van rode en roze zandsteen en ontzettend gedetailleerd gedecoreerd met witte lijntjes en figuren, zo precies dat de gevel ook vanaf de overkant van de straat haarscherp op je netvlies gebrand wordt.
Binnen is het een verzameling aan binnenplaatsen en pleintjes, smalle gangetjes en trappetjes en zo word je langzaam naar boven toe geleid, waar je uitkijkt op de bedrijvige winkelstraat waaraan het paleis is gebouwd (al zullen die luidruchtige verkopers toen niet al met zovelen aanwezig zijn geweest).
Binnen overheerst het geel en rood van de gevels, de muren en de vensters. De houten deuren die op verschillende plekken te vinden zijn, zijn schitterend beschilderd met witte, rode en groene bloemetjes. De spitse rode torentjes vangen het felle zonlicht en staan daardoor haast in brand. Het pad omhoog laat weinig ruimte over in de hoogte; Roel paste er maar net in, en daar maakten veel vermaakte mensen foto’s van.
Eenmaal weer buiten genoten we van de kleurrijke winkeltjes die hier allemaal half op straat uitgestald staan, een barbier die onder een parasol op de stoffige stoep zijn werk deed en natuurlijk het vrolijke en levendige straatbeeld vol tuktuks.

Tegen 12:30 werden we afgezet bij ons hotel en we vertelden Rafik dat we pas om 16:00 weer gebruik van hem wilden maken, omdat het nu te heet was. Met een paar minuten lagen we bij te komen in het heerlijk koele rooftop zwembad van het hotel, wat een zegen! Er was verder niemand anders dus we konden naar hartelust handstanden doen, bonnetjes maken en debiele waterkunstjes uitoefenen. Op de Gopro staan filmpjes waarvan ik hoop dat niemand ze ooit gaat zien 😂
We lagen hier de hele middag bij te komen op een zacht strandbedje; om 14:30 lieten we room service een lunch bezorgen bij onze bedjes. Lekker (en) decadent 😋
Later die middag stapten we weer in de tuktuk omdat we op aanraden van Rafik een bekend tombencomplex gingen bezoeken. Hiervoor reisden we twintig minuten door het oude deel van de stad. Opeens liepen overal koeien op de bobbelige asfaltstraten waar regelmatig een stukje miste (dat merkte je wanneer je hoofd ineens tegen het dak zat), ergens op de betonnen vloer bij een openstaande deur zaten vrouwen te spinnen bij een spinnenwiel, weer ergens anders ving ik een glimp op van een druk naaiatelier, twee mannen belaadden een ezeltje met twee zakken meel/tarwe/erwten(?), en zo was er elke seconde weer iets nieuws te zien want de tuktuk ging met grote snelheid door de smalle straatjes.
Gaitor Ki Chhatriyan, zoals de tomben heten, bestaat uit verschillende uit marmer opgetrokken monumenten, die een beetje lijken op prieeltjes. Het terrein bestaat, waar geen marmeren vloeren liggen, uit gras en op de omringende muren groeien roze en oranje bloemen. Op vier mensen na heb ik hier verder niemand gezien, het is een plek waar je helemaal tot rust kunt komen tijdens de laatste warmte van een zomerdag. We vonden het heerlijk om hier te zijn, even los van de drukte en in alle rust een nieuw plekje verkennend. Het licht was nu juist op z’n mooist.
Op de terugweg naar het hotel bezochten we nog een kleermaker/textielwinkel van een vriend van Rafik. Het zag er prachtig en kleurrijk uit vanbinnen, maar we waren de verkooppraatjes na tien minuten ook wel weer zat. Het was mooi geweest voor vandaag, dus we lieten ons weer naar het hotel brengen. Daar gaven we Rafik 1500 rupee (15 euro) voor zijn diensten. Wij vonden dat een heel mooi bedrag voor de vier uren in de tuktuk. Maar Rafik sloeg opeens om: hij moest minstens 2500 hebben, dat was zijn vaste prijs (incorrect, hij had ons gezegd dat we zelf een prijs mochten betalen), hij had ons immers de hele dag meegenomen en door ons de uren tussen de middag gemist (incorrect, wij hadden hem expliciet verteld dat wij hem tot 16:00 niet nodig hadden), bovendien moest hij ook de huur van zijn voertuig betalen (incorrect, hij had ons verteld dat hij de tuktuk had gekregen van een groep toeristen). Je snapt onze intense frustratie en ons verraden gevoel. We waren niet van plan hem tegemoet te komen, het was zo oneerlijk en we waren echt een beetje van slag; dat iemand zo je vertrouwen kan winnen en dan toch zo omslaat. Uiteindelijk hebben we hem toch de extra duizend gegeven, zij het niet van harte. We willen morgen niet opgewacht worden door een horde opgefokte chauffeurs. Desalniettemin hoop ik dat hij geen plezier heeft van die extra 1000 rupee; hopelijk moet hij het uitgeven aan een onverwachte tegenslag, zoals een kapot toilet.
Het ging ons niet in de koude kleren zitten. We zijn er een paar uur echt naar van geweest. Maar we laten dit klootjesvolk geen roet in het eten gooien; je hoeft uiteindelijk niemand je vertrouwen te geven, we hebben immers elkaar en elkaar vertrouwen wij voor 1000%. En met die gedachte gaan we morgen weer lekker op stap, nieuwe avonturen tegemoet!
Ps. Ook vanavond maakten we dankbaar gebruik van de room service. We vonden dat we dat wel hadden verdiend.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.